Western Australia

25 september: Fraser Island

Vandaag een dagtour Fraser Island gedaan. We moesten al vroeg op. We werden al om half acht voor de camping opgehaald door Jarod onze chauffeur en gids met zijn Toyota Landcruiser. We waren met 3 stellen en Jarod. Dit leek ons leuker dan in een grote groep van 40 man in een bus.

Na een ritje van nog geen half uur kwamen we bij de ferry naar Frasier Island. De overtocht was ook ongeveer een half uur, dus half negen reden we Fraser Island op.

Voor liefhebbers van 4-wheeldrives moet dit het beloofde land zijn. Er zijn geen asfaltwegen en er mag over het strand gereden worden. Na een erg hobbelige tocht dwars over het eiland, wij zaten helemaal achterin, over paadjes door het bos, met onderweg een uitgebreide uitleg over de wildlife en de bomen en dergelijke, gingen we eerst naar Eurong . Een resort aan de oostkant met een soort winkelstraat en benzinepomp. Hierna gingen we het strand op genaamd 75 mile beach dat in werkelijkheid 54 km lang is. Dit strand is daar de Highway, en er mag 80 km/u gereden worden. Hier wordt ook daadwerkelijk op gecontroleerd door de plaatselijke politie.

Dat rijden over het strand gaat wel wat anders dan op een highway; zigzaggend reden we langs de waterlijn met tegenliggers en je moest ook nog oppassen voor overstekende vissers en zwemmers. Later bleek het strand ook als start- en landingsbaan voor vliegtuigen gebruikt te worden.

We gingen eerst naar Eli Creek, een kreek vanuit het midden van het eiland waarin je ook kunt zwemmen als in een wildwaterbaan die in de oceaan uitmondt. De wildwaterkreek die we kennen uit het zwembad moet hierop gebaseerd zijn. Hier hadden we de morning tea. Het strand stond er vol met 4wheeldrives, het merendeel Toyota. Daarna naar het Maheno scheepswrak. Dit is een scheepswrak van een stoomschip dat al in 1935 is vergaan en waarvan de halfvergane resten op het strand liggen. Onderweg spotten we walvissen. Een moeder en haar jong springen om en om uit het water. Zo mooi! Hierna door tot de Pinnacles coloured sands.

Terug over het strand wat wel wat weg had van Parijs-Dakar rally naar Central Station Rainforest. Hier was ooit het houthakkersdorp. Na een goede picknick-lunch hadden we de Pile Valley Rainforest-walk. Dit was een erg interessante voettocht grotendeels langs een kreekje. Een heel stil kreekje die je niet zag, en niet hoorde. Je zag hem niet door het parelwitte zand op de bodem. Hier was onder andere een boom van meer dan drie meter doorsnede. De naam regenwoud deed de naam wel eer aan, we hadden een tropisch buitje wat de pret niet drukte. Hierna via wederom hobbelige bospaden gingen we naar Lake McKenzie, waar we hadden kunnen zwemmen in kristalhelder water maar daar was het iets te bewolkt en fris voor. Hierna weer terug naar de ferry voor de overtocht terug.

Al met al een zeer geslaagde dag!

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!